24 maart 2007

Morgen wordt het nog lenter

Dat heb ik altijd al eens willen doen. Thuiskomen met de woorden "Vrouw, de grutto's zijn weer terug", waarna het verheugde antwoord zou komen "Dan gaan de goede tijden weer komen." Of iets van die strekking. Helaas heb ik als stadsjongen geen flauw benul of de grutto's wel zo'n goede indicator zijn van het begin van de lente, maar ik had ze in elk geval sinds de zomer niet meer gezien en dat geldt ook voor de kieviten en hazen. Tot vandaag dan.
Het was nog winderig en grijs, maar in de polder gonste het als in de broeierigste jungle. De ganzen waren opgewonden, de kieviten maakten halsbrekende toeren, de grutto's liepen zich alweer ouderwets druk te maken en de hazen deden gewoon hun hazending.
"Is het nu helemaal lente?" vroeg Aniek.
"Ja, het is helemaal lente, maar morgen wordt het ook echt mooi weer".
De weerobsessie van haar ouders gieten we er met de paplepel in.
's Morgensvroeg wil ze meteen op de vensterbank getild worden om te kijken wat voor weer het is en het duurt niet lang meer of ze kijkt op buienradar om te zien wanneer ze plassen kan stampen.
Op de terugweg van de grutto's zagen we ook nog veulens en lammetjes. Aniek had er even over nagedacht en zei: "Morgen wordt het nog lenter".

22 maart 2007

Moeilijke takken


Vanmiddag met Aniek en Simon naar het bos geweest. Beetje onverstandig de Duivelsbergroute gekozen. Op en af door hekjes en modder en over monsterlijke wortels. Dat valt niet mee met de korte beentjes van Aniek en Simon in een lompe buggy. Ook nog verkeerd gelopen in een poging een huiveringwekkende afdaling te ontlopen. "Hier zijn geen moeilijke takken hè papa." Maar uiteindelijk toch maar omgekeerd en de aangegeven route genomen, denkend aan de laatste aflevering van "I shouldn't be alive" waarin baby Clayton hopeloos verdwaalt met zn ouders en doodleuk een week buiten in de sneeuw overleeft.
Simon is doodmoe, maar vindt de bomen en afgronden toch wel zo boeiend dat ie alles met wijd open ogen onder zn muts vandaan blijft volgen. Aniek verwacht overal dieren, al blijf ik haar uitleggen dat die zich echt niet zullen laten zien. Ze gaat bij boomstammen staan om de kaboutertjes te roepen. Moet je haar nu vertellen dat die niet bestaan? Ik geloof niet dat het veel uit zal maken. Uiteindelijk zegt ze dat ze het bos toch maar eng vindt, vanwege alle tijgers en leeuwen.

18 maart 2007

Draait het huis niet meer?

Enkele wijsheden van de afgelopen tijd:
"Kan die meneer er niet door?" (Een jogger doet rekoefeningen tegen een hek)
"Jij bent een soort juf hè?" (Mama gaat werken)
"Als je bent gevallen moet je huilen en en dan moet je televisie kijken" (Aniek wil de Bereboot zien)
"Komt de bus zo in het raam?" (Aniek wil de bus buiten zien)
"Draait het huis niet meer?" (Aniek is duizelig)
"Is dat een wolf?" (Aniek ziet iemand met een herdershond)
"Is dat huis kapot?" (We komen langs een huis in aanbouw)